Mensenrechtenorganisatie Amnesty International heeft de Canadese autoriteiten gevraagd om oud-president van de Verenigde Staten George W. Bush op te pakken tijdens zijn bezoek aan dat land.
De oud-president, die er op 20 oktober wordt verwacht voor een economische bijeenkomst, wordt door de organisatie beschuldigd van misdaden zoals foltering.
De vraag tot arrestatie staat in een duizend pagina's tellende memo die op 21 september werd overhandigd aan de Canadese autoriteiten. "Canada heeft de internationale verplichting om de voormalige president op te pakken wegens zijn rol in misdaden tegen het internationaal recht, waaronder foltering, onmenselijke behandeling, vernedering en verdwijningen," aldus Susan Lee van Amnesty International.
Waterboarding
De ex-president zou de inlichtingendienst CIA toestemming hebben gegeven om te martelen tijdens de zogenaamde 'oorlog tegen het terrorisme'. Bush riep die oorlog uit na de terreuraanslagen van 11 september 2001.
Amnesty wijst onder meer op de omstreden verhoortechniek 'waterboarding'. Daarbij bonden CIA-ondervragers terreurverdachten vast op een plank. De vermeende terroristen werden vervolgens overgoten met water, tot ze het gevoel kregen te verdrinken. Bush omschreef dat als ‘verstevigde verhoortechnieken’.
"Aangezien de Amerikaanse autoriteiten tot op heden nog geen juridische stappen ondernomen hebben, moet de internationale gemeenschap tussenkomen. Als Canada geen stappen onderneemt tijdens het bezoek van de ex-president, betekent dat een inbreuk op het VN-Verdrag tegen foltering", luidt het verder.
Stunt
Canada weigert in te gaan op de oproep. "Een stunt als deze verklaart waarom zoveel gerespecteerde mensenrechtenactivisten Amnesty International de rug hebben toegekeerd,'' zei minister van Immigratie Jason Kenney. In februari annuleerde Bush een reis naar Zwitserland na een soortgelijke oproep.
Jason Kenney weigerde oud-parlementslid van Groot-Brittannië George Galloway in oktober 2010 toegang tot Canada. De Canadese federale rechtbank concludeerde dat Kenney ongepast had gehandeld. Kenney verwelkomde Geert Wilders echter met open armen.
In december 2009 sprak Kenney in Jeruzalem over het stopzetten van subsidies voor mensenrechtenorganisaties die Israël boycotten, zoals KAIROS. Tegenover de Toronto Star liet de conservatieve minister echter weten dat er een andere reden was waarom de subsidies werden stopgezet, alhoewel dat hij het niet eens is met het standpunt van KAIROS.
Kenney was een groot voorstander van de invasie in Irak in 2003. In 2006 vergeleek hij Hezbollah met de Nazipartij. Hij berispte bovendien oud-premier van Libanon Fouad Siniora omdat hij Canada’s steun aan Israël tijdens de Israëlisch-Libanese oorlog bekritiseerde. Siniora zei indertijd dat de meeste landen ter wereld, behalve Canada, de militaire acties in Libanon als buitensporig en illegaal zagen.
Begin dit jaar viel een kopie van een brief in handen van de oppositie waarin was te lezen dat de Conservatieve Partij van Canada investeerders zocht voor een reclamecampagne van $200.000 die er op gericht is de groeiende beweging onder minderheden tegen de Conservatieve Partij in de kiem te smoren.
Bron: HLN.be
Gerelateerd: