Ooggetuigen over de massamoord in Houla, Syrie

Weer wordt militair ingrijpen gerechtvaardigd door gebruik (lees: misbruik) te maken van de mainstream media, waarbij de Syrische regering van Assad schuldig wordt verklaard zonder enig bewijs.

De massamoord in Houla was niet het werk van regeringstroepen, zoals door de mainstream media wordt geadverteerd.....

 

....... maar van huurlingen en professionele moordenaars onder het bevel van de FSA (Free Syrian Army).

Het doel is niet alleen om Syrië politiek en economisch te isoleren, maar om een incident te creëreen wat als excuus en aanleiding kan dienen voor een een RP2 (humanitaire interventie) oorlog tegen Syrië.

Hierna volgt het verslag van de onafhankelijke Russische journalist Marat Musin dat kortemetten maakt met de Westerse oorlogspropaganda. Na het lezen hiervan zal het duidelijk zijn dat de massamoord gepleegd werd door terroristische milities.

Het is van het grootste belang dat de golf van oorlogspropaganda, die burgerdoden gebruikt als voorwendsel tot een oorlog, ontzenuwd wordt en dat de waarheid boven tafel komt.

De waarheid is dat de moord is uitgevoerd door moordenaars die onder het bevel stonden van de door de NAVO ondersteunde Free Syrian Army.

Hier volgt het verslag van Marat Musin:

In het weekend van 25 mei 2012 om ongeveer twee uur ’s middags werd de stad Houla aangevallen en veroverd door grote groepen strijders. Houla bestaat uit drie verschillende dorpen met ieder tussen de 25- en 30.000 inwoners, Taldou, Kafr Laha en Taldahab.

De stad werd vanuit het noordoosten aangevallen door groepen bandieten en huurlingen van in totaal zo’n 700 man. De militanten waren afkomstig van Ar-Rastan (de FSA brigade bestaande uit 250 man en gelegerd in Al-Farouk, onder leiding van de terrorist Abdul Razak Tlass), uit het dorp Akraba (onder leiding van de terrorist Yahya Al-Yousef), uit het dorp Farlaha en aangevuld met plaatselijke gangsters uit Houla.

De stad Ar-Rastan was reeds lang verlaten door de meeste burgers. Nu werd de dienst daar uitgemaakt door Wahibies uit Libanon, gevoed met geld en wapens door één van de grote organisatoren van het internationaal terrorisme, Saad Hariri, die aan het hoofd staat van de anti-regering politieke beweging “Tayyar Al-Mustqbal” (Beweging van de Toekomst).

De weg van Ar-Rastan naar Houla loopt door het gebied van de Bedoeïenen, een gebied wat nog steeds buiten de controle van de regeringstroepen staat, waardoor de aanval van de militanten op Houla een complete verrassing was voor de Syrische autoriteiten.

Toen de rebellen het checkpoint in het centrum van de stad in handen hadden, vlak naast het politiebureau, dreven ze alle gezinnen uit de buurt die trouw waren aan de autoriteiten bijelkaar, inclusief ouderen, vrouwen en kinderen. Verschillende gezinnen werden gedood, waaronder 20 jonge kinderen. Hun enige misdaad was dat ze de moed hadden om in plaats van Soenniet, Sjiiet te worden. De mensen werden gedood met messen en van dichtbij doodgeschoten.

Daarna werden de slachtoffers gepresenteerd aan de VN en de internationale gemeenschap als slachtoffers van bombardementen uitgevoerd door het Syrische leger, iets wat totaal niet bleek uit de verwondingen van de slachtoffers.

De veronderstelling dat VN-waarnemers ’s nachts artillerievuur zouden hebben gehoord, gericht tegen Houla, vanuit het Safir hotel in Homs, beschouw ik maar als een slechte grap. De afstand tussen Homs en Houla is 50 kilometer. Welke tank of kanon heeft dit bereik?

Ja, er werd hevig geschoten tot een uur of drie in de morgen, ook met zware wapens. Maar, om even een voorbeeld te geven: het schieten in de nacht van maandag op dinsdag was het gevolg van politiemensen die probeerden weer controle te krijgen over de veiligheidscorridor die loopt langs de weg naar Damascus.

Je vindt na een visuele inspectie van Houla geen sporen van recente verwoesting, bombardementen of artilleriebeschietingen. Overdag werden er diverse aanvallen uitgevoerd tegen de laatst overgebleven militairen bij het Taldou checkpoint.

De militanten, bestaande uit professionele huurlingen, gebruikten zware wapens en sluipschutters. Ik wil nog even opmerken dat deze tactiek eerder gebruikt en mislukt is in Homs en dat er toen 49 militanten, vrouwen en kinderen werden gedood, net voor het bezoek van Kofi Annan. Deze provocatie werd onmiddellijk doorzien toen het duidelijk was dat de lijken Alawieten waren. De feiten werden volledig verdraaid en de verklaringen klopten totaal niet. Ook hier waren de doden, mensen die trouw waren aan de autoriteiten, en waren er ook hier geen sporen van bombardementen.

Hoe dan ook, de propagandamachine draait op volle toeren. Vandaag dreigt de NAVO om Syrië te bombarderen en het wegsturen van Syrische diplomaten is overal al begonnen. Vandaag zijn er geen regeringstroepen in Houla, maar toch zijn er regelmatig salvo’s uit machinegeweren te horen. Bovendien is het niet duidelijk of de militanten nu onder elkaar aan het vechten zijn of dat er nog meer aanhangers van Assad worden opgeruimd.

De militanten openden het vuur op praktisch iedereen die dicht bij deze grensstad komt. Eerder werd er op een VN-konvooi geschoten, bestaande uit twee gewapende Jeeps, toen deze probeerden naar een checkpoint in Tal Dow te rijden. Bij de aanval op het konvooi werd een twintigjarige terrorist gezien. Het vuur was gericht op de onbeschermde zijkant van de eerste Jeep. De achterdeur van de tweede Jeep werd door een scherf geraakt. Er waren gewonden onder de begeleiders.

Volgens een gewonde soldaat:

De volgende dag kwamen er VN-waarnemers bij ons checkpoint en onmiddellijk toen ze aankwamen werd het vuur op hen geopend. Wij alledrie waren gewond. Eén van ons had een wond aan het been, de ander in de rug en ik werd in de heup geraakt. Toen de waarnemers kwamen kon ik een vrouw die bij hen stond, horen, die huilde en om hulp vroeg voor bescherming tegen de bandieten. Toen ik werd neergeschoten, zagen de waarnemers dat ik viel maar ze staken geen vinger uit om te helpen.

Ons checkpoint bestaat niet meer. Er zijn in Taldou geen burgers meer, alleen nog militairen. We hadden een hele goede verstandhouding met de bevolking. Zij behandelden ons goed, zij riepen in Taldou de hulp van het leger in. We werden aangevallen door sluipschutters.

Helaas zijn veel van de militanten professionele sluipschutters. Op ongeveer 100 tot 200 meter van onze televisieploeg werd een voertuig, wat kwam voor de vervanging van militairen, aangevallen. Een dienstplichtig soldaat raakte gewond en toen wij zijn doorboorde helm bekeken, bedachten we dat hij waarschijnlijk nieteens besefte hoeveel geluk hij had gehad.

Sluipschutters doden iedere dag bij checkpoints ongeveer 10 soldaten en politiemensen. Het is waar dat in Holms onder de politie dagelijks slachtoffers vielen. Maar, helaas, om 10 uur ’s morgens werden er 6 dode soldaten naar het mortuarium gebracht. De meeste van hen gedood door een schot in het hoofd. En de dag was nog maar net begonnen….

Dus, dit zijn de doden die door sluipschutters werden vermoord, die ochtend van 29 mei:

1. Sergeant Ibrahim Halyuf
2. Sergeant Salman Ibrahim
3. Politieman Mahmoud Danaver
4. Dienstplichtige Ali Daher
5. Sergeant Wisam Haidar
6. De dode soldaat die niet kon worden geïdentificeerd

De bandieten vuurden zelfs een automatisch salvo af op onze groep journalisten, hoewel het duidelijk was dat we een normale televisieploeg waren, bestaande uit ongewapende burgers.

Hoe de aanval begon.

Na het vrijdaggebed op vrijdag om ongeveer 2 uur ’s middags op de 25ste mei, schoot een groep van de Al Aksh clan met mortieren en granaten op de politiemensen bij een checkpoint. Toen er vanaf een militair voertuig terug werd geschoten, werd de moskee geraakt, en dit was duidelijk bedoeld om de boel verder te provoceren.

Toen arriveerden er twee groepen militanten, geleid door de terroristen Nidal Bakkour en Al-Hassam van de Al-Hallak clan. Ze werden ondersteund door huurlingen. Ze vielen het checkpoint aan de oostgrens van de stad aan. Om ongeveer half vier hadden ze deze ingenomen en al de gevangenen geëxecuteerd. Een Soennitische dienstplichtige hadden ze de keel doorgesneden, terwijl Abdullah Shaui, een Bedoeïne uit Deir-Zor, levend werd verbrand.

Interview met een politieman.

Mijn naam is Al Kosham en ik ben politiebeamte. Ik doe dienst in het dorp Taldou in het disctrict Houla, in de provincie Homs. Op vrijdag werd ons checkpoint aangevallen door een grote groep militanten. Het waren er duizenden.

Vraag:

Hoe beschermt u zichzelf?

Antwoord:

Met een eenvoudig wapen. We waren met 20 man, we riepen voor ondersteuning en toen ze (de militanten) op ons af kwamen verloor ik het bewustzijn en werd wakker in het ziekenhuis. De aanvallers kwamen uit Ar-Rastan en Houla. Taldou is in handen van de opstandelingen. Ze hebben huizen platgebrand en hele gezinnen vermoord omdat ze trouw waren aan de regering. Ze hebben de vrouwen verkracht en de kinderen afgeslacht.

Interview met een gewonde soldaat.

Mijn naam is Mahmoud al Khali. Ik kom uit de stad Manbej. Ik werd gewond in Taldou. Ik behoor tot een ondersteuningsgroep die onze kameraden die bij het checkpoint gelegerd waren, te hulp kwam. De militanten vernietigden een aantal voertuigen bij ons checkpoint. We vertrokken in een BMP gevechtsvoertuig uit Taldou om een aantal gewonde kameraden op te pikken bij het checkpoint in de stad. We reden met ze terug in de BMP en ik nam hun plaats in.

Na een tijdje kwamen de VN-waarnemers. We hebben ze meegenomen naar de huizen van de gezinnen die door de boeven zijn vermoord. Ik zag een gezin van drie broers met de vader in dezelfde kamer. In een andere kamer vonden we jonge dode kinderen met hun moeder. En in weer een andere een oude man, vermoord in zijn eigen huis. Weer een andere, vijf mannen, een vrouw en kinderen; de vrouw verkracht en in het hoofd geschoten. Ik heb haar bedekt met een deken. En de commissie heeft alles gezien. Ze legden de lijken in de auto en reden weg. Ik weet niet waar ze naartoe gegaan zijn met de lichamen, maar waarschijnlijk hebben ze ze ergens begraven.

Een inwoner van Taldou op het dak van het politiebureau.

Op vrijdagmiddag was ik thuis. Toen ik schoten hoorde kwam ik naar buiten om te kijken wat er aan de hand was en zag ik dat het schieten vanaf de noordkant kwam, in de richting van het leger-checkpoint. Toen er geen weerstand van het leger kwam, kwamen ze naar de huizen waar vervolgens die gezinnen werden gedood.

Op het moment dat het leger terugschoot gebruikten de militanten de vrouwen en kinderen als menselijk schild en bleven schieten richting checkpoint. Uiteindelijk sloegen ze op de vlucht voor het leger en de militairen namen de overlevenden mee en brachten hen in veiligheid. Dat is het moment waarop Al Jazeera ging filmen en beweerde dat het leger al die mensen had vermoord.

De bandieten lieten niemand het vuile werk doen, dat deden ze zelf. Ze stalen ook vanalles zoals graan, olie en gas; alles wat ze maar te pakken konden krijgen. De meeste strijders waren afkomstig uit de stad Ar Rastan. Nadat ze de stad veroverd hadden, brachten ze de dode lichamen van hun kameraden en ook lijken van andere mensen die ze vermoord hadden, naar de moskee. Hiervoor gebruikten ze hun Kia pick-up trucks. De volgende morgen om 11 uur kwamen de VN-waarnemers in de moskee aan.

Media desinformatie.

Om toch maar vooral de publieke opinie te beïnvloeden, waren de teksten en ondertiteling in het Russisch en Chinees voor de verslagsvideo al van tevoren gemaakt. Er stond: "Syrië – Homs – de stad Houla. Een vreselijke massamoord door de Syrische regeringstroepen op de burgers van de stad Houla. Tientallen slachtoffers, en het aantal groeit nog steeds, van willekeurige bombardementen door het leger".

Twee dagen later, op 27 mei, nadat de verhalen naar buiten kwamen en ook de beelden lieten zien, dat er geen bombardementen waren geweest, veranderden de bandieten opeens hun video. Aan het einde van de video verscheen opeens de tekst: “En sommigen werden met messen gedood”.

Marat Mussin, Olga Kulygina, Houla, Syrië.

Bron:

Global Research

Bezoek ook eens gezondheidswebwinkel Orjana.nl