
Mensen krijgen minimale loonsverhogingen, terwijl miljoenen huishoudens binnenkort zullen schrikken van hun energierekening.
We zijn halverwege het jaar en dat is de tijd dat er meestal weer allerlei regels en prijzen gaan veranderen.
De prijzen worden altijd hoger en nooit lager. Soms gaan prijzen wel even naar beneden, maar enige tijd later kruipen ze dan weer omhoog en staan uiteindelijk hoger dan ooit tevoren.
Veel van de prijsverhogingen waar wij de komende tijd mee te maken zullen hebben worden veroorzaakt door de klimaathysterie die als een soort pandemie door ons land en ook andere delen van de wereld waart.
De “klimaatdoelen” moeten worden gehaald, ongeacht de kosten voor de maatschappij. Zo hebben we natuurlijk in Nederland stichting Urgenda die nu wederom naar de rechter wil stappen.
Dit keer om een dwangsom te eisen van de Nederlandse overheid omdat deze niet voldoet aan het eerder uitgesproken vonnis van de rechtbank. Volgens een artikel in de gedrukte Telegraaf gaat deze gang naar de rechtbank de belastingbetaler miljarden euro’s kosten.
Zo zegt Urgenda leider, Knotje Minnesma, tegen de Telegraaf dat ze een dwangsom zal eisen van ergens tussen de 100 miljoen en 2 miljard euro. Als de rechter deze toekent, dan zal Minnesma vervolgens het geld gaan besteden aan projecten die de overheid niet uitvoert.
Voor meer achtergronden over Urgenda, het Illuminati orgaan en dochteronderneming van Greenpeace verwijzen wij naar dit eerdere artikel.
Overheid en Urgenda spelen een één-tweetje via de rechtbank, waardoor de arme overheid de handen in de lucht kan gooien en claimen dat zij geen andere keuze hebben dan de maatregelen uitvoeren.
Een ander direct resultaat van de klimaathysterie zijn de prijsstijgingen die mensen vanaf deze maand voor de kiezen krijgen.
Bijna zes miljoen huishoudens gaan vanaf 1 juli fors meer betalen voor gas en stroom. Energieleveranciers gaan hun tarieven aanpassen op de relatief hoge inkoopprijs die ze momenteel betalen.
Zoals we onlangs schreven gaan ze je slopen via het klimaat en derhalve kan je steeds hogere prijzen verwachten de komende jaren voor zaken zoals energie en voedsel.
Als alles duurder wordt, dan is dat op zich niet zo’n probleem, zolang je inkomen ook meestijgt. Maar, dat gebeurt niet en dus ga je ieder jaar verder achteruit in koopkracht.
Deze week verschenen er berichten die mensen waarschuwen om hun borst nat te maken voor exploderende brandstofprijzen nu de OPEC-landen hebben besloten om de productie slechts een klein beetje te verhogen.
De olieprijs is ondertussen nu al zover gestegen dat we weer op hetzelfde niveau zitten als in 2018.

In 2018 hadden de sterk stijgende olieprijzen tot gevolg dat de benzine aan de pomp veel duurder werd.
De prijs van benzine steeg in april 2018 naar het hoogste niveau sinds augustus 2015. In april betaalde de consument voor Euro95 gemiddeld 1,61 euro per liter. De prijzen stegen aan de snelweg het hardst.
De olieprijs staat nu dan precies gelijk aan de prijs in 2018, maar wat betaal je nu aan de pomp?
Nog nooit eerder kostte tanken zoveel als nu. Zowel de benzine- als de dieselprijs staat op recordhoogte en bij sommige pompen kost een liter benzine meer dan 2 euro. Opmerkelijk, want dat is flink boven de adviesprijs.
Dat komt vooral door de hoge olieprijzen en de verwachting dat die olieprijzen blijven stijgen, zegt Paul van Selms, eigenaar van United Consumers.
Na de recente stijging van enkele dagen geleden staan we pas op het niveau van de olieprijs in 2018. Dat de olieprijzen sterk zijn gestegen is dus een leugen, want in 2018 stonden ze net zo hoog en toen betaalden we maar 1,61 per liter aan de pomp.
Hoewel de inkoopprijs identiek is, betaalt de consument inmiddels 25 procent meer dan in 2018.
En toch, de formele inflatiecijfers zijn superlaag en dit zijn nu net de cijfers waarop loonsverhogingen worden gebaseerd.

Zo hebben financieel specialisten in Amerika bijvoorbeeld uitgerekend dat wanneer je 1 dollar in het jaar 2000 als uitgangspunt neemt, je in 2021 nog maar 63 procent aan koopkracht hebt van die 1 dollar. Dit betekent in iets meer dan 20 jaar een 37 procent waardevermindering in bijvoorbeeld ook spaargeld van Amerikanen.
Dat zijn werkelijke inflatiecijfers en dat is waarom je gevoel dat je iedere keer minder krijgt voor je geld ook helemaal klopt.