Iedere dag opnieuw zitten de spreekkamers van huisartsen boordevol mensen die verwachten dat ze een onafhankelijk medisch advies krijgen van een deskundige.
Volgens de net gepensioneerde hoogleraar Ivan Wolffers zijn artsen tegenwoordig echter niets anders dan de spreekbuis van de pillenindustrie.
Afgelopen week nam Ivan Wolffers afscheid als hoogleraar Gezondheidszorg en Cultuur bij het VUmc.
Wolffers die al bekend stond als zeer kritisch ten opzichte van de farmaceutische industrie bond er tijdens zijn afscheidsrede dan ook geen doekjes om. Volgens hem verkondigen artsen en onderzoekers het heilig woord van de pillenindustrie. Zo zegt hij letterlijk:
“Er is namelijk bijna geen arts meer zonder banden met de industrie. Vrijwel niemand is nog onafhankelijk, bijna geen diagnose is nog objectief. Zorgelijk, want daardoor kun je als geneeskunde je tent niet goed schoonhouden”.
Hij noemde de titel van zijn afscheidsrede dan ook niet voor niets “De teloorgang van de wetenschap”.
“We zijn afgegleden van een zorg die enkele decennia geleden nog onnozel was, naar een sterk door commercie beïnvloede zorg. Het heeft geleid tot een wetenschap van halve waarheden, mythes over het grote belang van medicijnbehandelingen, waarbij de voor- en nadelen niet eerlijk tegenover elkaar zijn gezet.
Maar waarbij bovenal de gewone mensen die de behandelingen moeten ondergaan nooit voldoende betrokken zijn geweest.”
Zo geeft hij een praktijkvoorbeeld:
“Waarom moeten wij ineens allemaal aan de cholesterolremmende statines? Om hart- bloedvaatproblemen aan te pakken? Nee, omdat de geneesmiddelenindustrie de voorschrijvende dokter heeft bestookt met een vloedgolf aan onderzoeken, waaruit zou blijken dat statines “goed” zijn voor de mensen.
Terwijl wij allemaal weten dat wanneer we onze levensstijl veranderen, meer bewegen, op onze voeding letten, we die dingen helemaal niet nodig hebben”.
Hetzelfde geldt voor het advies dat diabetespatiënten meestal krijgen van hun arts, “Zoveel mogelijk normaal leven en als het nodig is, spuit je maar wat insuline bij”.
Het verhaal van Wolffers is heel duidelijk en laat zien dat de gezondheidszorg er niet primair is om mensen beter te maken, maar dat het een industrie is zoals alle andere waar het simpelweg draait om geld verdienen.
Patiënten die hun levensstijl aanpassen en zorgen dat hun immuunsysteem op volle sterkte blijft, hebben geen farmaceutische pillen nodig om zich goed te voelen. En dus zijn dat klanten waar niets aan valt te verdienen.
Dat deze hoogleraar zegt dat er bijna geen artsen meer zijn zonder banden met de farmaceutische industrie is natuurlijk diep triest. Want bij alles wat een dergelijke dokter je voorschrijft moet je je afvragen of hij dit doet in jouw belang of dat van de industrie en dus het geld. Mogelijk is hij het zich niet eens bewust omdat hij ook gehersenspoeld wordt door big pharma.
Wanneer mensen zelf het heft in handen zouden nemen en hun levensstijl en voeding zouden aanpassen, zou dit waarschijnlijk verregaande economische gevolgen zou hebben voor de medische industrie. Er zal dus alles aan gedaan worden om mensen “ziek” te houden. Want er moet tenslotte geld worden verdiend.
Bron:
Gedrukte Telegraaf